Spring naar de content

Sterke verhalen

Hij groeide op in een arbeidersbuurt in Boston, had een drang tot lezen en is nu – met dank aan Bill Clinton – een internationaal gevierd thrillerauteur. In gesprek met Dennis Lehane. ‘Uit pulp zijn grote romans voortgekomen.’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Marcella van der Weg

Het was het hoofdpijnscenario. Op dinsdag 9 september 1919 ging de politie van Boston in staking en in verbijsterend tempo veranderde de stad in een no-go-area: plunderende bendes trokken door de straten, vernielden alles wat ze tegenkwamen, mensen hadden seks op straat, sloegen er op los en tientallen vrouwen werden verkracht. Een mooi onderwerp voor een thriller, dacht Dennis Lehane. Hoewel, thriller is niet het juiste woord. De infiltrant (The Given Day) is eerder een historische tragedie van epische proporties. Het schrijven daarvan viel Lehane dan ook niet mee. “De muren van mijn woon- en eetkamer hingen vol met aan elkaar geplakte notities, kaarten en schema’s. Elke ochtend dat ik binnenkwam dacht ik: What the fuck am I doing?

Zijn doorgaans zo felblauwe ogen liggen diep in hun kassen. Parijs, Londen, Amsterdam – Lehane is moe na een Europese tournee. Maar met een gin-tonic voor zijn neus, en op speciaal verzoek een paar Grolschjes op zijn hotelkamer voor later, valt hij opgewekt met de deur in huis. Nee, De infiltrant is niet ‘the great American novel’, zoals wel is geopperd. Het is een historische roman, ambitieus van opzet, omvang (krap zevenhonderd pagina’s) en thematiek (van loyaliteit tot verraad, van onvermogen tot kwaad, om maar wat thema’s te noemen). Meer durft hij er niet over te zeggen. Behalve: “Goddank dat het af is.”

Paywall

Wilt u dit artikel lezen? Word abonnee, vanaf slechts 5 euro per maand.

Lees onbeperkt premium artikelen met een digitaal abonnement.

Kies een lidmaatschap

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word abonnee, al vanaf €5 per maand.