Flinke dingen roepen

Politici troeven elkaar af over integratie. Maar niemand wil er nog iets over horen sinds dat lamlendige rapport van de commissie-Blok. Nu is het wachten op maatregelen die er echt toe doen.

Gepubliceerd op: 10/01 | 2004 Geplaatst in de volgende categorieën:

• archief
• Politiek

door Joost Niemöller

• E-mail
• Twitter
• Facebook
• LinkedIn

Alweer twee jaar geleden riep Pim Fortuyn dingen die geen enkele Nederlandse politicus had durven roepen. Het was in het beruchte Volkskrant-interview dat hij stelde: "Ik haat de islam niet. Ik vind het een achterlijke cultuur." En: "Overal waar de islam de baas is, is het gewoon verschrikkelijk." En ook nog: "De grenzen gaan dicht." Zijn politieke tegenstanders spraken direct hun opperste verontwaardiging uit. Fortuyn werd uit zijn partij Leefbaar Nederland gezet. Het leek afgelopen met zijn carrière. Dat Fortuyn toch herrees was een wonder.

Nu moet iedere politicus van zichzelf flinke dingen roepen over de multiculturele samenleving. Maar ja, hoe pak je dat aan? Neem nu die islam. Veel te gevaarlijk. Straks gaan een miljoen Nederlandse moslims dingen terugroepen en dan heb je de poppen aan het dansen. Je kunt beter flink doen over een zacht item. De integratie is zo'n item. Alle politici roepen daar nu dingen over. "Volkomen mislukt!" "Compleet mislukt!" "Hartstikke mislukt!" Wat geeft het. Want de integratie, dat zijn we allemaal. Iedereen heeft schuld en dus niemand.